20
VENTILATIESYSTEMEN MET DECENTRALE TOEVOER EN CENTRALE AFVOER IN WONINGEN EN WOONGEBOUWEN Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen en woongebouwen KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR publicatie 92

ISSO-publicatie 92-2009

Embed Size (px)

DESCRIPTION

 

Citation preview

Page 1: ISSO-publicatie 92-2009

Ve

nt

ila

tie

sy

st

em

en

me

t d

ece

nt

ra

le t

oe

Vo

er

en

ce

nt

ra

le a

fV

oe

r in

wo

nin

ge

n e

n w

oo

ng

eb

ou

we

n

Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen en woongebouwen

ke

NN

ISIN

St

Itu

ut

Vo

or

de

INS

ta

ll

at

IeS

ec

to

r

publicatie

92

Page 2: ISSO-publicatie 92-2009

ISBN: 978-90-5044-188-9

ISSO-publicatie 92

Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

en woongebouwen

Page 3: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 3 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

INHOUDSOPGAVE

Samenvatting 7

Summary 7

Symbolenlijst 9

Begrippenlijst 11

1 Inleiding 15

1.1 Algemeen 15

1.2 Doelstelling en kader 15

1.3 Opbouw publicatie 17

1.4 Ontwerpproces 17

1.5 Leeswijzer kwaliteitsniveau 20

2 Wetgeving, normen en richtlijnen 21

2.1 Wetgeving 21

2.2 Normen, richtlijnen en certificering 21

2.3 Gelijkwaardigheidsbepaling 22

2.4 Definitie bestaande bouw 22

3 Programmafase 23

3.1 Algemeen 23

3.1.1 Uitgangspunten 23

3.1.2 Ventilatiesystemen 23

3.2 Binnenluchtkwaliteit 25

3.2.1 Wettelijke eisen 25

3.2.2 Kwaliteitseisen 26

3.2.3 Aanvullende kwaliteitseisen 26

3.3 Thermisch comfort 26

3.3.1 Wettelijke eisen 26

3.3.2 Kwaliteitseisen 26

3.3.3 Aanvullende kwaliteitseisen 26

3.4 Akoestisch comfort 27

3.4.1 Wettelijke eisen 27

3.4.2 Kwaliteitseisen 27

3.4.3 Aanvullende kwaliteitseisen 27

3.5 Energie 27

3.5.1 Wettelijke eisen 27

3.5.2 Kwaliteitseisen 28

3.5.3 Aanvullende kwaliteitseisen 28

3.6 Overige randvoorwaarden 28

3.6.1 Duurzaam bouwen 28

3.7 Wettelijke eisen bestaande bouw 28

3.7.1 Binnenluchtkwaliteit 28

3.7.2 Thermisch comfort 28

3.7.3 Akoestisch comfort 29

3.7.4 Energie 29

4 Ontwerpfase 31

4.1 Algemeen 31

4.1.1 Uitgangspunten 31

4.1.2 Stappenplan 31

4.2 Stap 1: Bepaling ventilatiebalans 32

Page 4: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 4 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

4.3 Stap 2: Bepaling type toevoervoorziening en vraagsturing 32

4.3.1 Typen toevoervoorziening 32

4.3.2 Keuze toevoervoorziening 32

4.3.3 Regelbaarheid en vraagsturing 33

4.4 Stap 3: Bepaling plaats luchttoe- en afvoerroosters in de gebouwschil en in de woning 33

4.4.1 Aandachtspunten m.b.t. luchtkwaliteit 33

4.4.2 Aandachtspunten m.b.t. thermisch comfort 33

4.4.3 Aandachtspunten m.b.t. akoestisch comfort 34

4.4.4 Overige aandachtspunten 35

4.5 Stap 4: Bepaling eigenschappen afvoerventiel, kanalenverloop in de woning en afzuigunit 36

4.5.1 Afvoerventiel 36

4.5.2 Kanalenverloop in de woning 36

4.5.3 Afzuigunit 37

4.6 Stap 5: Bepaling overige bouwkundige en installatietechnische voorzieningen 38

4.6.1 Overstroomvoorziening 38

4.6.2 Luchtdoorlatendheid van de woning 38

4.6.3 Collectieve kanalen 38

4.6.4 Dakventilatoren 38

4.6.5 Relatie ventilatie-warmtapwater 39

4.6.6 Relatie ventilatie-verwarming 39

4.7 Bestaande bouw 40

4.7.1 Wettelijke eisen 40

4.7.2 Bouwkundige kanalen in bestaande bouw 40

4.7.3 Elektra 40

5 Uitwerkingsfase 41

5.1 Uitgangspunten 41

5.2 Informatie-uitwisseling 41

5.3 Validatie systeemcomponenten 41

5.3.1 Selectie gevelroosters 41

5.3.2 Selectie gevelventilatie-unit 42

5.3.3 Selectie luchtafvoercomponenten 42

6 Realisatiefase 43

6.1 Algemeen 43

6.1.1 Uitgangspunten 43

6.1.2 Toetsmomenten en rapportage 44

6.2 Montage- en installatietechnische kwaliteitseisen 44

6.3 Controleprocedures 45

6.3.1 Functionele controle 45

6.3.2 Prestatiecontrole 45

6.3.3 Controlemeting geluidniveau 47

7 Beheerfase 49

7.1 Algemeen 49

7.2 Gebruikersvoorschriften 50

7.3 Bedienings- en onderhoudsvoorschriften 50

8 MKK-structuur 51

8.1 Opzet MKK 51

8.1.1 Fases 51

8.1.2 Kwaliteitbeheeraspecten 52

8.1.3 Matrix 53

8.2 Overzicht ingevulde cellen 54

Page 5: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 5 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

8.3 Celinhoud en specificatiebladen 54

8.4 Opbouw specificatiebladen 59

Specificatiebladen 61

I. Programmafase 61

I.0-1 Programma van eisen 61

I.0-2 Randvoorwaarden 62

I.2-1 Uitwisseling informatie 65

I.3-1 Binnenluchtkwaliteit 67

I.3-2 Thermisch comfort 72

I.3-3 Geluid van buiten 75

I.3-4 Geluid van installaties 77

I.3-5 Energie 80

I.3-7 Duurzaam bouwen 82

I.4-1 Luchtdoorlatendheid 84

I.4-2 Indeling ventilatiesystemen 86

I.4-4 Thermisch comfort 89

I.4-5 Geluidwering gevel 96

I.4-6 Energieprestatie 97

I.4-10 Vraagsturing 99

I.4-11 Gelijkwaardigheid, CE-markering en kwaliteit 100

I.8-1 Rapportage 102

I.8-2 Vraagspecificatieblad kwaliteitsaspecten 103

II. Ontwerpfase 105

II.0-1 Algemeen 105

II.0-2 Uitgangspunten 107

II.2-1 Uitwisseling informatie 109

II.3-1 Kwaliteit toevoerlucht 111

II.3-2 Comfortaspecten en regelbaarheid 115

II.3-3 Brandveiligheid 119

II.3-4 Ventilatie overige ruimten 120

II.3-6 Luchtdoorlatendheid 122

II.3-7 Energiegebruik ventilatoren 124

II.3-9 Selectie afzuigunit 125

II.3-10 Selectie gevelroosters 127

II.3-11 Kanalenontwerp 129

II.3-12 Selectie gevelventilatie-unit 133

II.4-1 Luchtvolumestroom en regelbaarheid 135

II.4-2 Kanalenontwerp 138

II.4-3 Weerstandsberekening 140

II.4-4 Principe uitvoering ventilatiesystemen 142

II.4-5 Verdunningsfactor 149

II.4-6 Ventilatieroosters 150

II.4-7 Geluid van installaties 156

II.4-8 Beperking overspraak 159

II.4-9 Geluid van buiten 161

II.4-10 Brandveiligheid 163

II.4-12 Luchtdoorlatendheid 164

II.4-13 Energieprestatie 165

II.4-14 Opstelplaats gevelventilatie-unit 168

Page 6: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 6 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

II.4-15 Opstelplaats afzuig- en regelunit 171

II.4-18 Relatie verwarming-ventilatie 173

II.4-19 Relatie warmtapwater-ventilatie 177

II.4-21 Selectie afzuigunit 179

II.4-23 Kanalen centrale luchtafvoer 181

II.4-25 Luchtfilters 185

II.4-27 Elektra 187

II.4-29 Selectie lucht- en brandkleppen 189

II.4-30 Geveldoorvoer en muurrooster 192

II.4-31 Regelstrategie 194

II.4-32 Gelijkwaardigheid en kwaliteitsverklaringen 197

II.4-33 Ventilatiebalans 199

II.4-34 Selectie gevelventilatie-unit 202

II.8-1 Rapportage 206

II.8-2 Vraagspecificatieblad kwaliteitsaspecten 207

III. Uitwerkingsfase 209

III.0-1 Randvoorwaarden 209

III.2-1 Uitwisseling informatie 210

III.3-2 Selectie gevelroosters 211

III.3-3 Centrale mechanische luchtafvoer 212

III.3-9 Gevelventilatie-unit 215

III.4-1 Selectie gevelroosters 217

III.4-3 Selectie luchtafvoercomponenten 219

III.4-8 Selectie gevelventilatie-unit 223

III.8-1 Rapportage 224

III.8-2 Vraagspecificatieblad kwaliteitsaspecten 225

IV. Realisatiefase 226

IV.0-1 Randvoorwaarden 226

IV.2-1 Uitwisseling informatie 227

IV.3-1 Montage- en installatietechnische kwaliteitseisen 229

IV.4-1 Richtlijnen montage en installatie 231

IV.4-2 Inregelprocedures 232

IV.4-3 Functionele Controle 233

IV.4-4 Prestatie controle 235

IV.4-7 Meting geluidniveau 239

IV.8-1 Rapportage 241

V. Beheerfase 242

V.0-1 Randvoorwaarden 242

V.2-1 Uitwisseling informatie 243

V.3-1 Gebruik luchtafvoervoorzieningen 244

V.3-2 Gebruik luchttoevoervoorzieningen 245

V.3-3 Onderhoud luchtafvoervoorzieningen 247

V.3-4 Onderhoud luchttoevoervoorziening 248

V.4-1 Bedieningsvoorschriften 249

V.4-2 Onderhoudsvoorschriften 250

Bijlage A Verdunningsfactor 251

Bijlage B Ventilatiebalans referentiewoningen 255

Literatuurlijst 272

Page 7: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 7 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

SAMENVATTING

Deze publicatie geeft een eenduidig pakket van ont-werptechnische kwaliteitseisen voor goed functione-rende ventilatiesystemen op basis van decentrale luchttoevoer met centrale mechanische luchtafvoer in woningen en woongebouwen. Al dan niet op basis van vraagsturing wordt in verblijfsruimten lokaal natuurlijk of mechanisch lucht toegevoerd en centraal mecha-nisch afgevoerd.

Aan de hand van een globaal ontwerp- en relatie-schema wordt duidelijk aangegeven waar keuzen moeten worden gemaakt, welke factoren daarbij een rol spelen en hoe deze elkaar beïnvloeden. In de daarop volgende hoofdstukken wordt via verwijzing naar specificatiebladen (SB) naar specifieke informatie verwezen.

De in de vorm van specificatiebladen uitgewerkte ont-werptechnische kwaliteitseisen en richtlijnen zijn gepresenteerd in de structuur van het Model Kwali-teitsbeheersing Klimaatinstallatie (MKK), zodat in iedere fase van het voortbrengingsproces van een ventilatiesysteem duidelijk is aan welke specificaties moet worden voldaan en welke informatie beschik-baar moet zijn om het voortbrengingsproces te door-lopen.

In aparte stappen zijn de programmafase, ontwerp-fase, uitwerkingsfase, realisatiefase en beheerfase beschreven.

Verder zijn twee bijlagen toegevoegd, te weten: Verdunningsfactoren; Ventilatiebalans referentiewoningen.

SUMMARY

This manual provides a uniform package of design technical quality requirements for properly functio-ning local mechanical ventilation systems in dwellings and residential buildings. The ventilation system typi-cally exists of local natural or mechanical air supply and central mechanical air exhaust. The package can also be applied to demand controlled ventilation systems.

A rough design and scheme of relationships clearly indicates what choices will have to be made, what fac-tors play an important role and how they influence one another. The following chapters refer to relevant infor-mation through specification sheets.

The design technical quality requirements and guideli-nes which have been worked out in the form of speci-fication sheets are presented in the structure of the Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties (Model Quality Control Climate Installations) (MKK), so that it will be clear during each stage of the production pro-cess of a ventilation system what requirements will have to be met and which information has to be avai-lable to complete the production process.

The program phase, design phase, execution phase and control phase have been worked out in separate steps. Furthermore, a number of appendices have been added, such as tables with the dilutionfactor and examples how to calculate and balance the airflows in the dwelling.

Page 8: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 8 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

Page 9: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 9 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

SYMBOLENLIJST

Ag gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie, het totaal van de tussen omsluitende wanden gelegen vloeroppervlakten van in die gebruiksfunctie gelegen ruimten

[m2]

Avloer vloeroppervlakte van verblijfsgebied of verblijfsruimte [m2]

CO2 koolstofdioxide, indicator voor de binnenluchtkwaliteit en voor de regeling van ventilatiesystemen

[ppm]

EPC energieprestatiecoëfficiënt, maat voor de energetische eigenschappen van een gebouw(gedeelte) inclusief de gebouwinstallaties bij een genormeerd gebruikersgedrag, conform NEN 5128

[-]

f verdunningsfactor, maat voor de minimale afstand tussen de uitmondingen van een afvoer (van rookgassen en binnenlucht) en het toevoerpunt van verse ventilatielucht

[-]

h hoogteverschil [m]

Ga,k vereiste karakteristieke geluidwering gevel, uitgedrukt in het gefilterd geluidniveau dat rekening houdt met de gevoeligheid van het menselijk oor voor de frequenties uit het hoorbaar spectrum

[dB(A)]

Li,a,k karakteristiek installatiegeluidniveau t.g.v. installaties in een gebouw op een ander perceel, uitgedrukt in het gefilterd geluidniveau dat rekening houdt met de gevoeligheid van het menselijk oor voor de frequenties uit het hoorbaar spectrum

[dB(A)]

p drukverschil [Pa]

PMV Predicted Mean Vote, rekengrootheid die de gemiddelde waarde voorspelt van de waardering van een grote groep personen die een uitspraak doen over de thermische gewaarwording van hun omgeving aan de hand van een 7-puntsschaal, lopend van -3 (koud) tot + 3 (heet)

[-]

PPD Predicted Percentage of Dissatisfied, voorspeld percentage ontevreden personen onder een grote groep personen, die zich ten aanzien van het algemene comfort onbehaaglijk voelen

[%]

qv luchtvolumestroom [dm3/s]

qv;10 luchtvolumestroom tussen binnen en buiten die ontstaat bij 10 Pa drukverschil [dm3/s·m2]

qv;10;kar luchtdoorlatendheid per m2 gebruiksoppervlakte van de woning [dm3/s·m2]

Rc eenheid van warmteweerstand van een scheidingsconstructie [(m2·K)/W]

RV relatieve luchtvochtigheid [%]

Uglas warmtedoorgangscoëfficiënt glas, maat voor de grootte van de warmtestroom door een uitwendige scheidingsconstructie per graad temperatuurverschil per vierkante meter

[W/(m2·K)]

v luchtsnelheid [m/s]

rendement (warmtewisselaar) [%]

Page 10: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 10 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

Page 11: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 11 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

BEGRIPPENLIJST

In deze publicatie wordt een aantal begrippen gege-ven m.b.t. decentrale mechanische ventilatie. De volgende begrippen zijn voor deze publicatie van belang:

BeheerAlle (bestuurlijke) activiteiten die nodig zijn om de kwaliteit van het ventilatiesysteem in stand te houden.

BinnenconditiesOntwerp binnenluchttemperatuur, luchtsnelheid en vochtigheid.

BinnenklimaatHet complex van fysische factoren zoals temperatuur, vochtigheid, verlichting,luchtbeweging en het geluid in een verblijfsgebied van een gebouw.

BrandcompartimentEen besloten gedeelte van een gebouw, bestemd als maximaal uitbreidingsgebied voor brand.

BuitenconditiesOntwerp buitenluchttemperatuur, relatieve vochtig-heid en windsnelheid.

CapaciteitTerm uit de bouwregelgeving, waarmee onder andere een luchtvolumestroom wordt aangeduid.

Decentrale luchttoevoerVentilatie waarbij de luchttoevoer via een rooster of ventilatie-unit in de gevel verloopt. Deze lokale ventilatiesystemen kunnen zijn voorzien vraagsturing.

Duurzaam bouwenDuurzaam bouwen houdt in dat de milieu- en gezond-heidsaspecten in alle fasen van de inrichting van de gebouwde omgeving (de bouw en het gebruik, inclusief sloop) zodanig worden betrokken dat de draagkracht van het milieu in ieder geval behouden blijft of wordt verbeterd. Onderscheiden milieu-thema's binnen dit kader zijn: energie, water, materialen, binnenmilieu en omgevingskwaliteit.

Ecodesign richtlijnenEcodesign is een integrale ontwerpactiviteit die beoogt dat de productontwikkelaar bij het nemen van ontwerpbeslissingen ook de gevolgen voor het milieu overweegt, daarbij rekening houdend met alle schakels van de productketen.

Elektrostatisch filterBij dit type filters komt filtering tot stand door elektrostatische lading van (stof)deeltjes.

FilterToestel/voorziening voor de zuivering van onder meer lucht en damp. Er zijn diverse soorten filters te onder-scheiden, bijvoorbeeld koolstoffilters (met name voor het afvangen van chemische agentia), vezelfilters (bijvoorbeeld zakkenfilters) en elektrostatische filters.

Gebalanceerde ventilatieGecontroleerde mechanische toevoer en afvoer van ventilatielucht, waarbij evenveel lucht wordt toegevoerd als afgevoerd.

GebruiksfunctieDe gedeelten van een of meer bouwwerken op een perceel of standplaats, die dezelfde gebruiks-bestemming hebben en die tezamen een gebruikseenheid vormen.

Gevelventilatie-unitDecentraal toestel dat per ruimte zorgt voor mechanische luchttoevoer. Hiervoor is een geveldoorvoer noodzakelijk. De gevelventilatie-unit kan zijn voorzien van vraagsturing.

HR-glasMeervoudig glas met coating en speciale gasvulling waardoor de warmteweerstand hoog is ten opzichte van 'normale' beglazing.

Hygiënische luchtvolumestroomDe minimum luchtvolumestroom die door vraaggestuurde ventilatiesystemen bij afwezigheid van personen wordt onderhouden. Doel hiervan is de beheersing van emissies uit niet mensgerelateerde vervuilingsbronnen, zoals bouwmaterialen en woninginrichting.

InductieHet door inblazen van lucht in beweging brengen van ruimtelucht waarbij vermenging (van ruimtelucht en nieuw ingeblazen lucht) optreedt.

Infiltratie (ongecontroleerde ventilatie)Luchtwisselingen die optreden via naden, kieren en andere lekken in de bouwkundige constructies. Ventilatie is ongecontroleerd en niet regelbaar.

Inwendige scheidingsconstructieConstructie die de scheiding vormt tussen twee voor mensen toegankelijke besloten ruimten van een gebouw, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voor zover dat nodig is voor de bepaling van kenmerkende eigenschappen van een inwendige scheidingsconstructie.

Page 12: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 12 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

InstallatiegeluidGeluid afkomstig van technische installaties in het gebouw. Voorbeelden van bronnen van installatiegeluid zijn: circulatiepompen van cv-installaties, ventilatoren en liftmachines.

Installatietechnisch Definitief Ontwerp (DO)Definitieve opzet en dimensionering van een werktuigkundige en/of een elektrotechnische gebouwinstallatie (uitwerkingsfase).

Installatietechnisch Voorontwerp (VO)Hoofdopzet en voorlopige dimensionering van een werktuigkundige en/of een elektrotechnische gebouwinstallatie (ontwerpfase).

Isolatie/isoleren (geluid)Een scheidingsconstructie of geluidbron voorzien van geluidisolerend materiaal. Met als doel het tegengaan van geluidoverdracht.

Isolatie/isoleren (warmte)Een scheidingsconstructie voorzien van een laag warmte-isolatiemateriaal. Met als doel het beperken van verwarmings- en koelverliezen.

KoudevalNeerwaarts gerichte convectieve (koude) luchtstroming langs (koude) ramen of wanden.

KrijtstreepmethodeDe krijtstreepmethode is gebaseerd op het feit dat in het Bouwbesluit is vastgelegd dat minimaal 55% van het gebruiksoppervlakte aan verblijfsgebied aanwezig moet zijn en is mede ontstaan in relatie tot de vereiste vrije indeelbaarheid. Indien van een ruimte niet het volledige vloeroppervlakte als verblijfsruimte is aangemerkt dan neemt de ventilatie-eis dienovereenkomstig af en is er bij wijze van spreken sprake van een krijtstreep in de ruimte tussen het gedeelte dat voor het verblijven mensen bedoeld is en een niet voor mensen bedoeld vloerdeel.

LeefzoneDat deel van een verblijfsgebied waarin wordt voldaan aan de gestelde ontwerpcriteria ten aanzien van comfort, dat zich volgens NEN 1087 bevindt binnen:

Hoogte vanaf de vloer: 1,8 m; Afstand vanuit de uitwendige

scheidingsconstructie: 1,0 m; Afstand vanuit de inwendige

scheidingsconstructie: 0,2 m.

LuchtdichtheidEigenschap van een uitwendige scheidingsconstructie van een gebouw of gedeelte daarvan om lucht door te laten indien over deze scheidingsconstructie een luchtdrukverschil aanwezig is. Luchtdichtheid en luchtdoorlatendheid zijn elkaars tegengestelden. In het spraakgebruik wordt veelal de term 'luchtdichtheid' gebruikt. Het Bouwbesluit en de normen hanteren het begrip 'luchtdoorlatendheid'.

LuchtdoorlatendheidEigenschap van een uitwendige scheidingsconstructie van een gebouw of gedeelte daarvan lucht door te laten indien over deze scheidingsconstructie een luchtdrukverschil aanwezig is.

LuchtgeluidisolatieIsolatie voor geluidtrillingen die, opgewekt door geluidbron, in de lucht aanwezig zijn.

LuchtkanalenComponent van het ventilatiesysteem, bedoeld voor het transport van de lucht. Te onderscheiden zijn ronde en rechthoekige kanalen, gemaakt van staal of kunststof.

LuchtkwaliteitDe kwaliteit van de (binnen)lucht in de context van gezondheid en welzijn. Met "goede luchtkwaliteit" wordt over het algemeen lucht bedoeld die bij inademing geen hinder geeft en die daarbij geen stoffen bevat in dusdanig hoge concentraties dat op lange termijn schade aan de gezondheid te verwachten is.

LuchtnaverwarmerIn luchtkanaal opgenomen warmtegebruiker.

Luchtstromen (benaming)De benaming van de luchtstromen is als volgt:

Aanzuig: luchtstroom van buiten naar de venti-latievoorziening;

Afvoer: luchtstroom vanaf de ventilatie-voorziening naar buiten;

Afzuig: luchtstroom vanuit één of meerdere ruimten rechtstreeks naar buiten;

Toevoer: luchtstroom vanaf de ventilatie-voorziening naar één of meerdere ruimten;

Retour: luchtstroom vanaf één of meerdere ruimten naar de ventilatievoorziening t.b.v. recirculatie.

Luchttemperatuurde temperatuur van de lucht rond gebouwgebruikers.

Luchttransporthet transport van lucht van de ene ruimte naar de andere ruimte over een opening of via een luchtkanaal ten gevolge van een luchtdrukverschil.

Page 13: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 13 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

LuchtvolumestroomHoeveelheid lucht die per tijdseenheid wordt toe- of afgevoerd, uitgedrukt in dm3/s of m3/h (1 dm3/s = 3,6 m3/h).

Mechanische ventilatieVentilatie die met één of meer ventilator(en) tot stand wordt gebracht.

Natuurlijke ventilatieVentilatie via aangepaste voorzieningen in een uit-wendige scheidingsconstructie, die tot stand komt door invloed van winddruk en/of temperatuur-verschillen tussen de lucht buiten en de lucht binnen.

Nominale luchtvolumestroomVolumestroom aan toevoer van verse lucht en afvoer van binnenlucht, die in principe continu tot stand moet kunnen worden gebracht.

Nominale ventilatieVentilatie die op grond van gezondheidsoverwegin-gen minimaal tot stand moet kunnen worden gebracht conform de eisen van het Bouwbesluit.

OnderhoudHet uitvoeren van de benodigde maatregelen om de kwaliteit van het ventilatiesysteem in stand te houden.

OnderdrukLuchtdruk die lager is dan het aangenomen nuldrukniveau (atmosferische druk).

OntwerpconditiesDe gekozen binnen- en buitencondities die dienen als basis voor het ontwerp van een ventilatiesysteem.

OverstroomvoorzieningVoorziening voor de luchtverversing, die onder gedefinieerde omstandigheden kan dienen als afvoer van een ruimte en tegelijk als toevoer van een andere ruimte.

Programma van eisenDocument waarin behoeften, eisen en wensen en verwachtingen van een opdrachtgever en de toekomstige gebruikers zijn verwoord. Het dient als communicatiemiddel tussen opdrachtgever en ontwerpende partijen, via een samenhangend geheel van activiteiten, gericht op het eenduidig en volledig verzamelen, bewerken, evalueren en overdragen van informatie op basis van uitgangspunten en voorwaarden.

RoosterConstructieve (en regelbare) voorziening voor het toevoeren van buitenlucht. Meestal rechthoekig uitgevoerd.

SpuiventilatieVentilatie bedoeld om onder bepaalde omstandig-heden sterk verontreinigde lucht of warmte snel te kunnen afvoeren door middel van beweegbare constructieonderdelen in een uitwendige scheidings-constructie.

SpuivoorzieningEen beweegbaar gevel- en/of dakdeel (raam, luik of deur) waarmee het mogelijk is een relatief grote ventilatie tot stand te brengen.

Temperatuurgradiënt (verticaal)Verandering van de luchttemperatuur in een ruimte per eenheid van afstand (hoogte). Bijvoorbeeld: het verschil in luchttemperatuur tussen hoofd- en enkelniveau (bij zittende personen: 1,1 m en 0,1 m boven de vloer).

Thermisch comfortToestand waarin de mens tevreden is over zijn thermische omgeving en geen voorkeur heeft voor een warmere of koudere omgeving.

TochtOngewenste lokale afkoeling van een lichaam veroorzaakt door luchtbeweging.

TurbulentieVariatie van de luchtsnelheid in richting en in de tijd ten opzichte van de gemiddelde snelheid en -richting.

Uitwendige scheidingsconstructieConstructie die de scheiding vormt tussen een voor mensen toegankelijke besloten ruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, waaronder begrepen de op die constructie aanslui-tende delen van andere constructies, voor zover die delen van invloed zijn op het voldoen van die schei-dingsconstructie aan een bij of krachtens het Bouwbe-sluit gegeven voorschrift.

VentielConstructief en instelbaar einddeel van een luchtkanaal waardoor lucht gecontroleerd in een ruimte wordt toegevoerd of afgevoerd. Meestal rond uitgevoerd.

VentilatieDe luchtvolumestroom die teweeg wordt gebracht door speciaal daartoe aangebrachte ventilatie-voorzieningen. Ventilatie geschiedt bewust, is gecontroleerd en regelbaar.

Ventilatiecapaciteit / ventilatiedebietDe ventilatiecapaciteit of ventilatiedebiet is de lucht-volumestroom die aan een verblijfsruimte of verblijfs-gebied moet kunnen worden toe- en afgevoerd. De ventilatiecapaciteit wordt uitgedrukt in dm3 lucht per seconde (dm3/s) of m3 lucht per uur (m3/h). Daarbij is 1 dm3/s gelijk aan 3,6 m3/h.

Page 14: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 14 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

VerblijfsgebiedGedeelte van een gebruiksfunctie met tenminste een gebruiksruimte, bestaande uit één of meer op dezelfde bouwlaag gelegen aan elkaar grenzende ruimten, anders dan een toiletruimte, een badruimte, een technische ruimte, of een verkeersruimte.

VerblijfsruimteRuimte voor het verblijven van mensen, dan wel een ruimte waarin de voor een gebruiksfunctie kenmer-kende activiteiten plaatsvinden. In artikel 4.28 van het Bouwbesluit worden voorwaarden genoemd waaraan een verblijfsruimte moet voldoen. Een verblijfsruimte moet een vloeroppervlakte hebben van tenminste 5 m2, waarvan de breedte tenminste 1,8 m en de hoogte boven de oppervlakte tenminste 2,6 m is.

VerkeersruimteRuimte anders dan een ruimte in een verblijfsgebied, een toiletruimte, een badruimte of een technische ruimte, bestemd voor het bereiken van een andere ruimte.

Verse luchtLucht die direct van buiten of vanuit een ander ver-blijfsgebied of een verkeersruimte behorende tot de gebruiksfunctie, betrokken wordt.

Voorziening voor luchtverversing (ventilatievoorziening)Geheel aan constructieonderdelen, bestemd voor de toevoer van verse lucht van buiten, het overstromen van verse lucht of binnenlucht naar een aangrenzende ruimte en de afvoer van binnenlucht naar buiten, waarmee een nominale ventilatie tot stand kan wor-den gebracht.

VraagsturingGedragsvolgende regeling van de ventilatie op basis van een klokpatroon of sensorregeling. De luchtvolu-mestroom is geregeld op basis van de ventilatiebe-hoefte, met als doel een constante goede binnenluchtkwaliteit.

Vrije koelingHet zonder mechanische koeling (zonder toevoer van 'koude') koelen van binnenruimten. Ventilatie gedu-rende de nachtelijke uren, in warme perioden, die tot doel heeft de afkoeling van de gebouwmassa, waar-door de temperatuur overdag minder hoog oploopt. Vrije koeling wordt ook wel 'passieve koeling', 'natuur-lijke koeling' of 'zomernachtventilatie' genoemd.

WBDBOAfkorting van: weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen twee ruimten is de kortste tijd die een brand nodig heeft voor uitbreiding van de ene naar de andere ruimte.

Zelfregelende voorziening, bestemd voor de toevoer van verse luchtVoorziening waarvan de capaciteit zonder ingrijpen van de gebruiker, al of niet elektrisch of sensorgeregeld, zich binnen zekere grenzen aanpast aan het luchtdrukverschil over de voorziening en/of de luchtkwaliteit in de ruimte.

Page 15: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 15 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

1 INLEIDING

1.1 ALGEMEENWoningen kunnen pas een aantrekkelijke leef-omgeving vormen als zij tegemoet komen aan eisen van gezondheid en bruikbaarheid. Om aan de prestatie-eisen en overige kwaliteitseisen te kunnen voldoen worden zij onder andere voorzien van water toe- en afvoer, verwarming en ventilatie. De installaties ten behoeve van deze functies dienen niet alleen de gezondheid van de bewoners en de bruikbaarheid van de woningen te waarborgen, maar ze moeten ook veilig en energiezuinig zijn.

De kwaliteit van het binnenmilieu in relatie tot zo laag mogelijk energiegebruik staat daarbij centraal. In het Bouwbesluit zijn eisen geformuleerd met betrekking tot de aanwezigheid en inrichting van ventilatie-voorzieningen. Voor een goed binnenmilieu en een zo laag mogelijk energiegebruik is echter meer nodig.

Van belang voor de binnenluchtkwaliteit is de wijze waarop de bewoners de voorzieningen gebruiken. Veel bewoners sluiten de ventilatiekleppen of -roos-ters bij koud weer omdat het binnenstromen van lucht gepaard gaat met tochtverschijnselen. Om dat te voor-komen wordt aanbevolen om aan de ventilatievoor-zieningen de eis te stellen dat ze de behaaglijkheid van het binnenklimaat niet nadelig mogen beïnvloeden.

Een andere overweging om aandacht te besteden aan de ventilatievoorziening is de energiezuinigheid. In goed geïsoleerde woningen zijn de warmteverliezen klein. Het verhogen van de thermische isolatie draagt in die situatie weinig meer bij aan verdere vermindering van het warmteverlies. Andere factoren zoals ventilatie en infiltratie, gaan dan een grotere rol spelen.

Luchtinfiltratie door ondichtheden in de gebouw-constructie wordt kleiner door de luchtdichtheid te verbeteren. Het Bouwbesluit stelt daaromtrent voor nieuwbouw eisen. Voorheen fungeerde infiltratie als 'noodvoorziening' voor een minimum ventilatieni-veau. Echter, voor een luchtdichte eengezinswoning is de luchtinfiltratie aanmerkelijk minder dan de ventilatiehoeveelheid die nodig is om een aanvaard-baar binnenmilieu te realiseren. Dit vergroot de noodzaak om bij nieuwbouw scherper te letten op de prestaties van de ventilatievoorzieningen. In bestaande woningen is op woningniveau vaak ruim voldoende infiltratie aanwezig, maar treedt regelmatig op ruimteniveau een onderschrijding van de luchtvolumestroom op. Decentrale vraaggestuurde ventilatie kan de luchtkwaliteit op ruimteniveau bewaken, met behoud van comfort.

De selectie van een luchttoevoervoorziening wordt idealiter bepaald door een aantal bouwkundige en installatietechnische kenmerken van de betreffende ruimte, te weten:

Gevelopbouw (glaspercentage, isolatiegraad en luchtdoorlatendheid);

Afgiftesysteem voor verwarmen en/of koelen; Omgevingsparameters zoals buitenlucht-

kwaliteit, omgevingslawaai en ligging; Ruimte-indeling; (koppeling met) luchtafvoer.

In aanvulling hierop bepalen de gebruikerstypering en de kosten (initieel en in gebruiksfase) vaak de keuze voor een ventilatie- en verwarmingssysteem.

Het energiegebruik als gevolg van bewuste ventilatie is te beperken door:

De regelbaarheid van de volumestroom te verbeteren. Wel moet tenminste de minimaal noodzakelijke toevoer van verse lucht uit het oogpunt van gezondheid, hygiëne en vocht gewaarborgd blijven, eventueel op basis van automatische vraagsturing;

Warmte terug te winnen uit de af te voeren binnenlucht. Bij warmteterugwinning via bijvoorbeeld een warmtepompboiler wordt aan de afvoerlucht warmte onttrokken voor warmtapwaterbereiding.

Een schoon binnenmilieu verdient alle aandacht en vereist een doeltreffende ventilatievoorziening. Een thermisch behaaglijk binnenklimaat en energiezuinig-heid zijn randvoorwaarden voor de ventilatie-voorziening.

1.2 DOELSTELLING EN KADERHet doel van deze publicatie is het verstrekken van praktische informatie die noodzakelijk is voor installateurs, woningbeheerders, architecten, adviseurs of installatiedeskundigen en toe-leveranciers, bij ontwerp, uitvoering en beheer van decentrale luchttoevoer met centrale mechanische luchtafvoer in nieuwe en bestaande woningen.

In de woningvoorraad is met renovatieprojecten en energiebesparingprogramma’s zoals bijvoorbeeld Meer Met Minder Energie een groot energiebesparing-potentieel aanwezig. Voorliggende publicatie biedt voor bestaande woningen specifieke ondersteuning bij zowel de verbetering van het binnenklimaat én energiebesparing door decentrale ventilatiesystemen.

Onder decentrale mechanische ventilatie wordt verstaan:Ventilatie waarbij de luchttoevoer lokaal via voorzieningen in de gevel verloopt en op woning-niveau op de centrale mechanische luchtafvoer is afgestemd. Deze ventilatiesystemen kunnen zijn voorzien van vraagsturing.

Page 16: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 16 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

Onder decentrale toevoervoorzieningen wordt in deze publicatie verstaan:Gevelventilatie-units of ventilatieroosters voor lucht-toevoer, gecombineerd met een centrale mechani-sche luchtafvoer uit de ‘natte ruimten’. De luchttoevoer kan daarbij via een natuurlijke of mechanische luchtstroom worden gerealiseerd.

Daarnaast wordt in deze publicatie waar nodig onder-scheid gemaakt in:

Bestaande woningen en woongebouwen; Nieuwbouwwoningen en woongebouwen.

De ISSO-publicatie sluit tevens aan bij de geldende (Europese) normen m.b.t. van decentrale ventilatiesys-temen en geeft hieraan een praktische invulling.

Deze publicatie is onderdeel van een reeks van ISSO-publicaties betreffende ventilatie van woningen en woongebouwen. De publicaties sluiten naadloos op elkaar aan. Dit is weergegeven in afbeelding 1.1.

ISSO-publicatie 61 is het startpunt voor het opstellen van een algemeen programma van eisen voor een woningventilatiesysteem. ISSO-publicatie 61 geeft tevens nadere afwegingscriteria om tot een keuze voor een type ventilatiesysteem te komen.

Daarna is er, afhankelijk van het gekozen ventilatie-systeem, een publicatie die het ontwerp en de realisatie van dat systeem verder in detail uitwerkt:

ISSO-publicatie 61 voor ventilatiesystemen met natuurlijke afvoer (systemen A of B);

ISSO-publicatie 62 voor centrale gebalanceerde ventilatiesystemen met warmteterugwinning (systeem D);

ISSO-publicatie 91 voor ventilatiesystemen met decentrale mechanische toe- en afvoer en warmteterugwinning (systeem D);

ISSO-publicatie 92 voor ventilatiesystemen met decentrale mechanische toevoer (systeem D) of natuurlijke toevoer (systeem C) en centrale mechanische afvoer.

Specifieke aspecten betreffende het beheer en onder-houd van natuurlijke en mechanische ventilatie-systemen (systemen A, C, en D) zijn weergegeven in ISSO-publicatie 63.

Aspecten betreffende het beheer en onderhoud van decentrale mechanische ventilatiesystemen met of zonder warmteterugwinning (systeem D) zijn weergegeven in ISSO-publicatie 91 respectievelijk 92.

Afb. 1.1. ISSO-publicaties ventilatie in woningen en woongebouwen

Programmafase

Programma van eisenop hoofdlijnen

Systeemkeuzesysteem A of B

systeem C of D

ISSO-62Systeem D centraal

(met wtw)

ISSO-61Systeem A en B

ISSO-91Systeem D decentraal

(met wtw)

ISSO-92Systemen

C en D decentraal

(geen wtw)

ISSO-61Alle ventilatiesystemen

Beheerfase

OntwerpfaseUitwerkingsfaseRealisatiefase

ISSO-63Systemen A, C en D centraal (met wtw)

Page 17: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 17 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

1.3 OPBOUW PUBLICATIEDe ISSO-publicatie wordt opgebouwd uit twee delen, te weten:

1. Basistekst richtlijn (toegankelijk geschreven voor doelgroep);

2. Specificatiebladen volgens de MKK-structuur (aan te wijzen vanuit BRL 6000) inzake kwaliteitseisen omtrent selectie, ontwerp, uit-voering en beheer voor onder anderen installa-tieadviseurs, installateurs en leveranciers.

Voor het structureren van de informatie is gebruik gemaakt van het Model Kwaliteitsbeheersing Klimaat-installaties, de zogenaamde MKK-structuur. Het MKK (Model Kwaliteitsbeheersing Klimaatinstallaties) is een instrument voor het beheersen van het voortbren-gingsproces van klimaatinstallaties binnen het bouw-proces. Het toepassen hiervan betekent het geven van informatie met betrekking tot de ventilatie van de woning en het ventilatiesysteem, in de betreffende fase van het bouwproces aan de betrokken partijen. Het hanteren van de MKK-structuur sluit aan bij pro-cescertificering volgens EN 45011.

In de MKK-structuur wordt het realisatieproces ver-deeld in 5 fasen.

I. ProgrammafaseIn de programmafase (initiatieffase) worden de eisen, wensen en verwachtingen ten aanzien van het gebouw/systeem geïnventariseerd, en eventuele beperkende randvoorwaarden geformuleerd. De con-sequenties voor verschillende systemen worden op hoofdpunten zichtbaar gemaakt. Aan het eind van de programmafase is er voldoende informatie om een (voorlopig) ontwerp te kunnen maken.

II. OntwerpfaseIn de ontwerpfase worden vanuit de voorlopige sys-teemkeuze de voorzieningen voor het systeem/de installatie door de adviseur/constructeur uitgewerkt. Er vindt terugkoppeling met de uitgangspunten uit de programmafase plaats. Op grond van die terugkoppe-ling kunnen uitgangpunten wijzigen. Aan het eind van de ontwerpfase wordt een definitief systeem gekozen.

III. Uitwerking (besteksfase)In de uitwerkingsfase wordt de installatie tot in detail uitgewerkt.

IV. RealisatieIn deze fase wordt de complete installatie aangelegd en opgeleverd.

V. BeheerfaseIn de beheerfase (beheer en onderhoud) wordt de installatie in gebruik genomen. Onderhoudsvoor-schriften, instructies en/of handleidingen voor gebrui-kers zijn aspecten die in de beheerfase van belang zijn.

Meer informatie over de MKK-structuur kan worden gevonden in hoofdstuk 8.

1.4 ONTWERPPROCESIn principe verloopt het ontwerpen van een ventilatie-systeem voor woningen volgens een itererend en opti-maliserend proces, waarbij steeds een terugkoppeling naar uitgangspunten en eisen wordt gemaakt. In afbeelding 1.2 is in de vorm van een stroomschema het ontwerpproces weergegeven. Enkele van deze terugkoppelingen zijn hierin aangegeven.

Page 18: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 18 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

Afb. 1.2a Stroomschema programmafase

Afb. 1.2b Stroomschema ontwerpfase

Afb. 1.2c Stroomschema uitwerkingsfase

I. PR

OG

RAM

MA

FASE

Verzamel de algemene uitgangspunten: - algemeen programma van eisen (ISSO61) - nieuwbouw: ontwerptekeningen

Bepaal de comfortcriteria t.a.v.: - binnenluchtkwaliteit - thermisch comfort - geluid

Bepaal de prestatiecriteria t.a.v.: - energie - betrouwbaarheid - duurzaam bouwen - kosten

haalbaar ? nee

ja

- bestaande bouw: opname situatie

Bepaal primaire systeemkenmerken: - handmatige / automatische regeling - luchttoevoer via gevelroosters en/of gevelventilatie-units

II. O

NTW

ERPF

ASE

Programma van eisen ventilatieconcept

Bepaal de vereiste luchtvolumestroom per ruimte en stel een ventilatiebalans op

Bepaal de plaats van de:

Bepaal de eigenschappen van de gevelroosters:

Controleer de interactie met de installaties voor ruimteverwarming / warm tapwater

Bepaal de optionele functies van de gevelventilatie-unit: - luchtfiltering- vraagsturing - verwarming - zomernachtkoeling

Bepaal de overige bouwkundige en installatietechnische voorzieningen: - elektra aansluitingen - bedieningsorganen - overstroomvoorzieningen - luchtdoorlatendheid gebouwschil

Toets het ontwerp aan de

vraagspecificatieafwijking

akkoord

- gevelroosters - gevelventilatie-unit(-s) - luchtafvoervoorzieningen

- geluiddemping - vraagsturing

III. U

ITW

ERKI

NG

SFA

SE

Ontwerp op hoofdlijnen

Selecteer de toevoervoorzieningen (gevelrooster of gevelventilatie-unit)

Selecteer de luchtkanalen, afvoerventielen, en de afzuigunit voor de centrale

mechanische luchtafvoer

Selecteer de overige installatie componenten

Verwerk de geselecteerde ventilatie componenten in het bouwkundig- en

installatieontwerp

Neem voldoende overstroomvoorzieningen op in het bouwkundig ontwerp

Toets het ontwerp aan de

vraagspecificatieafwijking

akkoord

Page 19: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 19 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

Afb. 1.2d Stroomschema realisatiefase

Afb. 1.2e Stroomschema beheerfase

IV. R

EALI

SATI

EFA

SE

Uitgewerkt ontwerp

Monteer/installeer het ventilatiesysteem volgens het ontwerp en voorschriften

fabrikant

Voer de eindcontrole uit en stel het systeem in bedrijf

Regel het systeem in conform het ontwerp

Controleer de werking van de regelknop(-pen)

en automatische regeling

correct

niet correct

Controleer de luchtvolumestromen

correct

correct

correct

Controleer de luchtlekkage van het systeem

Controleer het geluidniveau in de verblijfsruimte

niet correct

niet correct

niet correct Stel de regelknop(-pen), regelstrategie

en sensoren correct af

Regel de debieten in zodat wordt voldaan aan de ontwerpwaarden

Verhoog de luchtdichtheid van het systeem (afdichten lekkages)

Verminder het geluidniveau (toepassen extra geluiddempende voorzieningen)

Stel een opleveringsrapportage en een gebruikershandleiding samen

Lever het systeem op en stel de rapportage en handleiding beschikbaar aan gebruiker

Voer de tussencontroles tijdig uit (kanalen, netwerkbekabeling en

gevel/dakdoorvoeren)

Opgeleverd en functionerend systeem

Opstellen beheer en onderhoudsplan (ISSO-63)

Periodiek onderhoud bewoner Periodiek onderhoud installateur

Systeem functioneert conform

eisen?

nee

Bijstellen, vervangen of repareren

onderdelen?

ja, is mogelijk -> aanpassingen uitvoeren

nee, niet mogelijk

Sloop en afvoer ventilatiesysteem

ja

V. B

EHEE

RFA

SE

Page 20: ISSO-publicatie 92-2009

ISSO- publicatie 92 20 Ventilatiesystemen met decentrale toevoer en centrale afvoer in woningen

1.5 LEESWIJZER KWALITEITSNIVEAUIn deze publicatie zijn de ontwerptechnische, materi-aaltechnische en montagetechnische kwaliteitseisen en de eisen te stellen aan het beheren van een ventila-tiesysteem onderscheiden in drie categorieën:

1. De wettelijke eisen;2. De kwaliteitseisen die in aanvulling op de wet-

telijke eisen moeten worden opgevolgd in ver-band met het goed functioneren van een installatie en het bereiken van een redelijkerwijs aanvaardbaar kwaliteitsniveau;

3. De aanvullende kwaliteitseisen die een hoger kwaliteitsniveau bewerkstelligen dan het rede-lijkerwijs aanvaardbare kwaliteitsniveau.

De aanvullende kwaliteitseisen bieden opdrachtge-vers keuzemogelijkheden, waarbij in deze publicatie per keuze-item middelen zijn opgenomen om een passende keuze te kunnen maken. De in overleg tus-sen de installatiedeskundige en de opdrachtgever gemaakte keuzen worden vastgelegd in een vraagspe-cificatie (zie specificatiebladen I.8-2, II.8-2 en III.8-2).

Wettelijke eisenDe eisen volgend uit het Bouwbesluit en andere publiekrechtelijke wettelijke voorschriften zijn in deze publicatie benoemd als wettelijke eisen en dienen altijd te worden opgevolgd.

KwaliteitseisenKwaliteitseisen zijn privaatrechtelijke eisen en zijn onder meer afgeleid van de eisen van bijvoorbeeld pri-vaatrechtelijke garantie-instituten. Kwaliteitseisen die-nen als aanvulling op de wettelijke eisen en garanderen de kwaliteit van het ventilatiesysteem. Aan de kwaliteitseisen zoals geformuleerd in deze publicatie dient altijd te worden voldaan.

Aanvullende kwaliteitseisenAanvullende kwaliteitseisen hebben veelal betrekking op het te realiseren (hogere) comfortniveau. Aanvul-lende kwaliteitseisen zijn onder meer afgeleid van de eisen van privaatrechtelijke garantie-instituten of zijn gebaseerd op eisen vanuit duurzaam bouwen. Aanvul-lende kwaliteitseisen zijn facultatief en worden in overleg tussen opdrachtgever/gebruiker en opdracht-nemer privaatrechtelijk vastgesteld. De vraagspecifi-catiebladen over kwaliteit (beheeraspect 8) kunnen daarbij als hulpmiddel dienen.